- zelfstandigheid
- {{zelfstandigheid}}{{/term}}1 [onafhankelijkheid] indépendance 〈v.〉⇒ autonomie 〈v.; vooral m.b.t. bestuur, eigen mening, enz.〉2 [omschrijfbaar voorwerp] entité 〈v.〉3 [bestanddeel] substance 〈v.〉♦voorbeelden:1 de zelfstandigheid van een land • l'autonomie d'un payszijn zelfstandigheid bewaren • garder son indépendance
Deens-Russisch woordenboek. 2015.